Uitspraak van de maand september
Uitspraken van het Tuchtcollege benadrukken het belang van het zorgvuldig volgen van wet- en regelgeving bij het doen van een melding bij Veilig Thuis. Het niet informeren van de betrokkene kan alleen in uitzonderlijke situaties geoorloofd zijn en moet goed gedocumenteerd en onderbouwd worden door de zorgverlener. Ook bij deze uitspraak van de maand staat dit onderwerp centraal. De aangeklaagde hulpverlener is geen psychotherapeut maar gz-psycholoog; het onderwerp is echter even relevant voor psychotherapeuten.
De gz-psycholoog was de therapeut van de oudste zoon van klaagster. De gz-psycholoog heeft een melding gedaan bij Veilig Thuis om beter zicht te krijgen op de situatie van de jongste zoon. Klaagster verwijt de gz-psycholoog dat zij relevante informatie voor haar heeft achtergehouden over haar oudste zoon en ex-partner en tijdens telefoongesprekken onevenredig veel druk op haar heeft uitgeoefend om in therapie te gaan. Deze eerste twee klachtonderdelen zijn ongegrond.
De oudste zoon van klaagster was in de periode waar de klacht over gaat 15 jaar. De met gezag belaste ouders hebben recht op informatie over een kind van 12 tot en met 15 jaar, voor zover die informatie relevant is voor het geven van toestemming voor een behandeling. Klaagster was geïnformeerd over de therapie en had hiervoor ook toestemming gegeven. De gz-psycholoog kon en mocht zonder toestemming van de oudste zoon en de ex-partner geen verdere informatie verstrekken.
Ook verwijt klaagster de gz-psycholoog dat zij zich vooringenomen heeft opgesteld door informatie niet te verifiëren en niet geverifieerde informatie als feiten neer te leggen bij Veilig Thuis. Daarnaast verwijt klaagster de gz-psycholoog dat er zonder haar toestemming contact is opgenomen met de school van haar jongste zoon. De klachtonderdelen over de Veilig Thuis-melding en het contact met school zijn gegrond. De gz-psycholoog had ervoor had moeten zorgen dat klaagster om toestemming was gevraagd voor het benaderen van de school van haar jongste zoon voor informatie. Bij het doen van de melding zijn ten onrechte de zorgen en het voornemen om een melding te maken niet met klaagster besproken (stap 3 meldcode). De gz-psycholoog had zich meer kunnen en moeten inspannen om hierover contact te krijgen met klaagster. Het college acht bovendien de formulering van de melding onvoldoende zorgvuldig.
Het tuchtcollege oordeelt dat de gz-psycholoog – ook tijdens de zitting – zelfinzicht heeft getoond en heeft laten zien dat zij heeft geleerd van deze casus. Het college begrijpt ook dat de Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling zich niet altijd eenvoudig laat toepassen, en dat er soms vanuit het veiligheidsoverleg druk wordt uitgeoefend op (regie)behandelaren om te melden. De gz-psycholoog heeft toegelicht dat zij zelf de noodzaak om een melding te doen niet zo voelde, maar druk van haar collega’s ervaarde om hier wel toe over te gaan. Van de gz-psycholoog had verwacht mogen worden dat zij voordat zij deze melding deed kritischer was over de noodzaak om de melding te doen. Ook had zij, ondanks de gevoelde druk, zorgvuldiger moeten zijn in het doorlopen van de juiste stappen (het daadwerkelijk hanteren van het stappenplan met het afwegingskader, waaronder het bespreken van de zorgen met klaagster en niet zonder haar toestemming contact opnemen met school) en het formuleren van de melding.
- Maatregel: Het college acht de oplegging van de maatregel van een berisping in dit geval passend en geboden. Vooral het niet voeren van regie rond de melding en het niet horen en informeren van klaagster voorafgaand aan het verstrekken van de informatie zijn ernstige verwijten, waarvoor een berisping op haar plaats is.
- Datum uitspraak: 05-07-2024
- Lees hier de volledige uitspraak
Wat staat er over melden bij Veilig Thuis zonder vooraf informeren in wet- en regelgeving?
Zorgverleners zijn in principe verplicht om de persoon over wie zij een melding doen te informeren. Dit vloeit voort uit de Wet verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling en het daarbij geldende Afwegingskader.
Het Tuchtcollege houdt rekening met de uitzonderingen die in de Meldcode en het bijbehorende Afwegingskader worden genoemd. Deze uitzonderingen hebben te maken met situaties waarin het informeren van de betrokkene zou leiden tot een onveilige situatie, escalatie van geweld, of wanneer er een ernstige bedreiging is voor de betrokkenen, zoals kinderen of andere kwetsbare personen.
In sommige uitspraken heeft het Tuchtcollege bepaald dat een melding gerechtvaardigd was zonder voorafgaande mededeling aan de patiënt, bijvoorbeeld omdat:
- Het informeren van de betrokkene zou leiden tot meer risico voor het kind of een andere kwetsbare persoon.
- Er sprake was van een acute noodsituatie die snel handelen vereiste.
- De psychotherapeut of gz-psycholoog voldoende kon aantonen dat het informeren van de betrokkene een gevaar voor escalatie van het geweld zou vormen.
Het Tuchtcollege beoordeelt ook of de psychotherapeut (of gz-psycholoog, etc.) zorgvuldig heeft gehandeld door het besluit om niet te informeren goed te documenteren en te onderbouwen. De professional moet kunnen laten zien dat hij/zij alle stappen van de Meldcode en Afwegingskader zorgvuldig heeft doorlopen en een weloverwogen beslissing heeft genomen.
In situaties waarin de zorgverlener de betrokkene niet heeft geïnformeerd, wordt gekeken of:
- De beslissing om niet te informeren zorgvuldig en proportioneel was.
- De zorgverlener voldoende heeft gewogen wat de mogelijke gevolgen waren van het niet informeren.
- Er overleg is gepleegd met collega’s of andere deskundigen.
De uitzonderingen zijn dus alleen gerechtvaardigd in situaties van ernstige (structurele) onveiligheid of bij risico op escalatie van geweld. Zorgvuldigheid en adequate documentatie zijn echter essentieel; als deze ontbreken, kan dit leiden tot tuchtrechtelijke sancties.
Zie voor enkele andere Uitspraken van de maand over de meldingen bij Veilig Thuis en de Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling
- Uitspraak van de maand mei 2023 over de Meldcode
- Uitspraak februari 2022: Veilig thuis belt
- Uitspraak van de maand april 2021: twee uitspraken over het belang van zorgvuldig handelen bij signalen van een mogelijk onveilige situatie voor het kind
Voor meer informatie over hoe te handelen bij vermoedens van huiselijk geweld en kindermishandeling:
- NVP-dossier Wet- en regelgeving, Wet verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling;
- Artikel III.2.1 én Bijlagen 2 en 4 van de Beroepscode voor psychotherapeuten.
Over de rubriek
In 'de uitspraak van de maand' geven we een korte samenvatting van een tuchtzaak die recent of soms al wat langer geleden door het tuchtcollege is behandeld. De uitspraken kunnen een voorbeeldfunctie hebben en dienen als leidraad voor beroepsmatig handelen in situaties die vaker voorkomen. U kunt de zaken gebruiken bij intervisie of zelf uw kennis van beroepsethiek op een bepaald gebied vergroten.
-
Alle uitspraken zijn terug te vinden op onze website en alleen zichtbaar voor leden na inloggen op de ledennet.
-
De Beroepscode voor psychotherapeuten (2018) (pdf) is een onmisbare leidraad voor het beroepsmatig handelen van iedere psychotherapeut. Door aanpassingen in wet- en regelgeving hebben we enkele wijzigingen Beroepscode (pdf) op een een rij gezet